Skip to main content
Nieuwsbrieven

De Grondwet 1923

By 6 december 2023december 13th, 2023No Comments

 De Grondwet, 20 oktober 1923

Hoeven

Openbare vergadering. De openbare raadsvergadering zal voor deze gemeente worden gehouden op Maandag 22 Oct. 1923, des v.m. 10 uur, ten gemeentehuize.

De te behandelen zaken zijn:

  1. Ingekomen stukken;
  2. Voorstel tot wijziging van het besluit tot het aangaan eener geldleening;
  3. Aanbieden der gemeentebegrooting van 1924.

 De Grondwet, 26 oktober 1923

HOEVEN.

Mislukt. De geldleening groot f 20.000.- á 5½ % ’s jaars en tegen den koers van 99 is mislukt.

Noot der redactie. In 2023 worden dergelijke leningen jammer genoeg niet meer uitgezet.

De Grondwet, 6 november 1923

Hoeven

Oprichting wagenmakerij. Bij B. en W. is door den heer A. Quirijnen een verzoekschrift ingediend  om vergunning tot oprichting eener wagenmakerij in het perceel Dorpsstraat 112.

 De Grondwet, 22 november 1923

HOEVEN. Diefstal. Door den Majoor der rijksveldwacht alhier is proces-verbaal opgemaakt tegen zekeren V., werkman te Terheijden als verdacht van diefstal van een regenjas, die afkomstig was van den heer A. v. d. Noort in den St. Maartenspolder.

Voornoemde jas was door V. verborgen in zijn aak.

– Overplaatsing. De heer Wouters, stationschef alhier, wordt in gelijke betrekking overgeplaatst naar Alphen en Riel. Men ziet hier den heer Wouters noode vertrekken.

– Otter. De heer A. Augustijn, jachtopziener van de Hoevensche Beemden, had het geluk een otter te schieten.

 

Noot der redactie: in 2023 zou de jachtopziener ongetwijfeld ook in de krant komen met een dergelijk wapenfeit. Of er ook vermeld zou worden dat hij er geluk mee zou hebben een otter te schieten is maar de vraag. Daar kom je in 2023 niet meer mee weg. Dan ben je tegenwoordig wel een beetje stout. Tijden veranderen als je bijgaand artikel uit BN DeStem van 28 augustus 2023 leest. Men was toen ook een beetje stout geweest.

 De Grondwet, 12 december 1923

HOEVEN. In brand geraakt. De heer A. Vergouwen, ambtenaar ter secretarie kwam Maandagmorgen j.l. met zijn kantoorjas te kort bij de kachel, zoodat deze vuur vatte. De veldwachter A. v. d. Nieuwenhuijzen, die juist ter plaatse was, kon de kleeren van voornoemde A. Vergouwen nog bijtijds blusschen, zoodat groote ongelukken voorkomen werden. A. v. d. Nieuwenhuijzen bekwam eenige lichte brandwonden.

De Grondwet, 20 december 1923

HOEVEN. Niet mis. Een gevaarlijk individu heeft zich Vrijdagmorgen j.l. in de Hoevensche Beemden verzet tegen den jachtopziener der Beemden. Dit personage, afkomstig van St. Willebrord, had gewapend met een schop, over een weiland geloopen om mollen te bemachtigen.

Daar deze persoon een valsche naam opgaf, wilde de jachtopziener hem voor den Burgemeester geleiden, maar toen had men de poppen aan ’t dansen. Den jachtopziener werden door dit verzet op verschillende plaatsen aan zijn lichaam beten toegebracht, waardoor hij later van de pijn in onmacht is gevallen. Hij had den jachtopziener ook met de schop bedreigd en later zelfs (door het toedienen van die beten op zijn hand) de revolver machtig kunnen worden. Met die revolver heeft hij den jachtopziener ook nog bedreigd. De mollenvanger is toen op de vlucht gegaan en heeft tijdens de vlucht de revolver verborgen.

De Brigade-Commandant der Rijksveldwacht en de gemeente-veldwachter te Hoeven, die er onmiddellijk mede in kennis waren gesteld, zijn op onderzoek uitgetogen. Eenige malen hadden zij al huiszoeking gedaan, doch zonder resultaat.

Eindelijk, Zondagnacht is het den Brigade-Commandant, vergezeld van de Rijksveldwachters van St. Willebrord, mogen gelukken den dader in handen te krijgen. Hij had zich n.l. schuil gehouden op het hooi in een schuurtje van het huis, bewoond door een Raadslid. De dader is overgebracht naar het arrestantenlokaal te St. Willebrord en is Dinsdagmorgen overgebracht naar de gevangenis te Breda.

Den Brigade-Commandant en den gemeenteveldwachter van Hoeven is het mogen gelukken de revolver op een afstand van ruim een uur van de plaats, waar het verzet had plaats gehad, terug te vinden. Dat de dader zijn verdiende straf niet zal ontgaan, laat zich denken.

Leave a Reply